De Wildkleur rijstvogel

 

 

 

RIJSTVOGEL WILDKLEUR (Grijs)
KLEUR: MAN / POP:
Nek / Mantel / Rugdek : Helder Grijs
Vleugelpennen : Hand- en armpennen donkergrijs, iets donkerder dan rugdek
Vleugeldekveren : Helder grijs
Stuit : Zwart
Borst : Helder grijs
Buik/Onderlichaam : Buik grauw beige met een paars/roze waas.
Flanken : Flanken en broekbevedering grauw beige met een paars/roze waas.
Staartpennen : Zwart
Bovenstaartdekveren : Zwart
Onderstaartdekveren : Aars en onderstaartdekveren wit.
Poten/tenen : Vleeskleurig.
Nagels : Hoornkleurig.
Snavel : Boven en ondersnavel rozerood, uitlopend tot een hoornkleurig snavelpunt.
Snijranden hoornkleurig.
Ogen : Donkerbruin. (iets lichter is toegestaan)
TEKENING:
Kop/Kin : Vanaf de snavelinplant, via de schedel tot op de achterschedel egaal zwart, evenals
de kinstreek.
Wangvlek : Helder wit, onder de wangvlek loopt een smalle gesloten zwarte band welke aansluit
aan de kinvlek en de schedel. Deze moet scherp en regelmatig aftekenen.
Oogring : Rood, rondom het oog even breed en strak afgetekend.
KEURTECHNISCHE AANWIJZINGEN
Men dient goed te letten op het formaat en model, door de massale kweek loopt dit sterk terug.
Bij de pop kan de snavel en de oogring iets lichter van kleur zijn.
Ook de snavel bij de man toont wat forser.
De kleur dient egaal te zijn, en de vleugelpennen mogen geen bruin tonen.
De wangen dienen helder wit te zijn, en strak afgetekend. Vaak is de band aan de onderzijde van de wangen
vrij smal of geheel niet aanwezig, hier dient men te straffen bij de rubriek tekening. Als de band wat breder
wordt is hij aan de onderzijde vaak niet zo strak, doch dit verdient wel de voorkeur.
Veel voorkomende fout is bontvorming onder de snavel, vaak in geringe mate, hierop dient gestraft te worden in
de rubriek tekening.